Programma
Mei 2002
PSO Programma's archief
Archief | Programma's 2001-2005 | Biografieën solisten | Gespeelde werken | Recensies
Overige links...
VHV-Online van feb 2002: Beethoven Deja Vu.
VHV-Online van apr 2002: Interview met Theodora Geraets.
Beethoven: Vioolconcert Toelichting
Dvorak: Symfonie Nr. 8 Toelichting

Jules van Hessen
Theodora Geraets, viool

di 14 mei 2002, Eindhoven, ROC Scholengemeenschap
vr 17 mei 2002, Amsterdam, Concertgebouw Recensie Recensie
za 25 mei 2002, Eindhoven, Muziekcentrum Frits Philips

NRC Handelsblad - dinsdag 21 mei 2002

Violistes pakken Beethoven elk op eigen wijze aan


Concert: Philips Symfonie Orkest o.l.v. Jules van Hessen m.m.v. Theodora Geraets, viool. gehoord: 17/5 Concertgebouw Amsterdam. Herhaling: 25/5 Muziekcentrum Frits Philips Eindhoven. Concert: Radio Kamerorkest o.l.v. Jaap van Zweden m.m.v. Janine Jansen, viool. Gehoord: 18/5 Concertgebouw. Radio 4: 21/5 20.30 uur. 21 mei 2002 Door Kasper Jansen

Binnen negentien uur klonk twee keer Beethovens Vioolconcert in het Amsterdamse Concertgebouw, vertolkt door Nederlandse violistes. Vrijdagavond speelde Theodora Geraets het koningswerk onder de vioolconcerten bij het Philips Symfonie Orkest o.l.v. Jules van Hessen. De volgende middag werd het Vioolconcert gespeeld door Janine Jansen bij het Radio Kamerorkest o.l.v. dirigent Jaap van Zweden, die hiermee zijn debuut maakte in de Matinee op de Vrije Zaterdag.

De verschillen tussen de uitvoeringen waren opmerkelijk. Het groot bezette Philips Symfonie Orkest, met musici die de amateurcollega's zijn van de professionele PSV-voetballers, speelde met voortvarende tempi een forse, sterk symfonisch aandoende begeleiding. Wanneer Theodora Geraets speelde, hield Van Hessen alles heel klein. Bij Janine Jansen klonk het klein bezette Radio Kamerorkest o.l.v. Van Zweden veel slanker en evenwichtiger.

Bij Geraets en Van Hessen kreeg het Vioolconcert met die wisselende dynamiek veel meer reliëf en dramatische allure, al bleef de souvereine aristocratische statuur van het werk volledig overeind. Bovendien speelde Geraets met een opvallend variërende expressie en tempokeuze. In het eerste deel kregen de drie lange solistische passages voor de cadens elk zo een geheel eigen sfeer. Ze lieten zich beluisteren als een minisymfonie, een pars pro toto voor de hele uitvoering met zijn symfonische uitstraling. Flinke delen van het Vioolconcert, vooral het derde deel waarin de hoorns zich prominent laten horen, zijn immers aankondigingen van de twee jaar later voltooide Zesde symfonie 'Pastorale' (1808).

Bij Jansen en Van Zweden klonk het Vioolconcert in rustiger tempi meer als één doorgaand geheel, wat voorzichtig en met grote eerbiedigheid voor het meesterwerk aangepakt. De ingetogen lyrische sfeer herinnerde aan de legendarische chique plaatuitvoering van violist Zino Francescatti en dirigent Bruno Walter, zo'n veertig jaar geleden, een reactie op de extravertere vooroorlogse uitvoeringspraktijk.

De vertolkingen van de twee violistes, hoe verschillend ook, mochten er beide zijn. Ze werden technisch competent gerealiseerd en waren elk zeer overtuigend. De eerste cadens van Geraets, vanaf het volgende seizoen concertmeester bij het Limburgs Symphonie Orkest, klonk mij in het akkoordenspel wat al te druk en ondoorzichtig, de muzikale lijn zèlf had wat pregnanter hoorbaar mogen blijven. Maar als geheel was de uitvoering van Geraets karaktervol, zonder zweverige romantiek opgebouwd volgens de principes van de klassieke retorica.

Bij Janine Jansen, dè rijzende jongere ster onder de Nederlandse violistes, kreeg het Larghetto zó'n extreem langzame uitvoering, dat alles in slaap leek te sukkelen. Maar vervoerend was het wel en het is ook niet voor niets dat Beethoven het orkest even later met krachtige middelen de solist weer bij de les laat halen. Heerlijk klinkt bij Jansen ook haar Stradivariusviool, ruim voorzien van donkere timbres en ondertonen. De dirigerende violist Jaap van Zweden was zichtbaar ingenomen met deze vertolking van Janine Jansen.

Het concert van het Philips Symfonie Orkest in het Concertgebouw was een voortreffelijke generale repetitie voor de Eindhovense uitvoering, aanstaande zaterdag. Leve deze amateurs, had elke stad en elk groot bedrijf maar zó'n orkest! De professionals van het Radio Kamerorkest kunnen nog veel virtuozer spelen, zo lieten ze horen in de Symfonie nr 68 van Haydn en de Vierde symfonie ('Italiaanse') van Mendelssohn. Maar in het Allegro vivace en de Saltarello: presto hadden wat minder nootjes per seconde mogen klinken en wat meer klank.

In de muzikantesk maar ook nogal glad begonnen Haydn, hadden in het Menuetto wat meer textuur en rubato niet misstaan, een uitbeelding van het statige bewegen op de dansvloer. De symfonie was zeker uitgezocht vanwege het Adagio cantabile, een van de merkwaardigste muziekjes uit de 18de eeuw - men luistere vanavond naar de uitzending op Radio 4.


Eindhovens Dagblad - dinsdag 21 mei 2002

PSO met aanstekelijke Dvorak in Concertgebouw


Concert: Philips Symfonie Orkest o.l.v. Jules van Hessen en met Theodora Geraets, viool, met werken van Beethoven en Dvorak. Gehoord in het Concertgebouw in Amsterdam op vrijdag 17 mei. Door Marjolijn Sengers

Een optreden in een concertzaal als de Frits Philipszaal in Eindhoven moet voor elk amateurorkest, hoe goed ook, een gebeurtenis zijn. Een optreden in het Amsterdamse Concertgebouw, volgens velen dé muziektempel van Nederland, moet wel helemaal een groots evenement zijn. Zelfs voor het Philips Symfonie Orkest (PSO), dat jaarlijks in Amsterdam speelt en afgelopen vrijdagavond daar ook te vinden was, moet dit bijzonder zijn. Zalen verschillen onderling zeer sterk. In veel zalen is de akoestiek erg bepalend en dan gaat het niet eens over een goed of slecht geluid. Het Concertgebouw bijvoorbeeld klinkt veel minder direct dan Muziekcentrum Frits Philps.

Persoonlijk vind ik dat directe wel fijn, het is natuurlijk ook een kwestie van gewenning. Je moet niet alleen als luisteraar met een zaal overweg kunnen, ook de bespeler moet dat. Het Concertgebouw vraagt om een duidelijke articulatie en daagt een orkest uit meer te geven dan men wellicht denkt dat nodig is. Tijdens de begeleiding van het vioolconcert van Beethoven kroop het orkest in zekere zin niet ver genoeg uit haar schulp.

Violist Theodora Geraets, als ervaren soliste, nam de zaal in, het PSO murmelde daar, overdreven uitgedrukt, wat omheen en was geen partij voor de soliste en de zaalakoestiek. Er werd goed gespeeld, het was er allemaal en -heel belangrijk- het stemde allemaal, men speelde net niet alert en genuanceerd genoeg, met als gevolg dat teveel de indruk van 'Theodora voorop en de rest er achteraan' ontstond.

Theodora Geraets speelde prachtig. Ze beheerst dit concert volkomen en speelde heel precies, ze etaleerde haar mooie, zuivere toon en ferme streek zeer royaal en muzikaal, ze liet de goed gevulde zaal ademloos genieten.

Genoten werd er ook van de achtste symfonie van Dvorak na de pauze. Zonder soliste speelde het orkest zekerder en plaatste het zich meer op de voorgrond. Er werd uitstekend werk geleverd - in het bijzonder door de cellogroep, de eerste hoboïste en klarinetist - de uitvoering kende vaart, klonk uitermate levendig en aanstekelijk: het kostte menig luisteraar geen enkele moeite zich met de ogen dicht (zo zaten opvallend veel mensen te luisteren) door Dvoraks plezierige klankwereld te laten leiden. Jammer dat koper en slagwerk in overmoed en enthousiasme in met name het laatste deel enigszins afbreuk deden aan de sfeer van verfijning die Dvorak recht doet.

Maar mijn in 'n vorige recensie opgetekende overtuiging dat het PSO in 'zijn eentje de hoogste afdeling van de amateur-symfonieorkesten in ons land' uitmaakt blijft overeind!


Programma's  Solisten
Recensies  Toelichtingen
© 2002 VHV Media Groep | Philips Symfonie Orkest, Eindhoven.