December 1998
 VHV Online | VHV Dossier
Jaargang 3, Nummer 3

Nel Saes: "Natuurlijk moeten jullie in 2000 weer optreden!"

Nel SaesIn januari verzorgt het Philips Symfonie Orkest voor de vierde keer het Philips Nieuwjaarsconcert. En in 2000 mogen we ook het concert verzorgen want "Jullie stralen iets warms uit tijdens een concert". Dit zegt Nel Saes, sponsorcoördinator van Philips Nederland en tevens bestuurslid van de Stichting Philips de Jongh-Ontspanningsfonds, PSO's grootste subsidiegever. Nel is dus tevens DE contactpersoon voor het PSO bij Philips. Sinds 1989 versterkt Nel Saes de afdeling sponsoring, met name voor de sector cultuur. Haar rol voor het PSO is die van 'trouble-shooter'.

"Op een gegeven moment kreeg ik een brief onder ogen van de Philips Orkestvereniging. Jullie wilden een CD maken, maar kwamen wat geld tekort. De CD zou echter in verband met kosten niet op het Philips label Polygram worden uitgebracht. Dit kon natuurlijk niet. Dus heb ik jullie voorzitter Rien Frankenhuis gebeld en hem dat verteld. Hij zei dat Polygram niet eens wilde meewerken aan het uitbrengen van een CD. Daarop heb ik brieven geschreven en ben bij de directeur van Polygram langs gegaan. Met wat gezamenlijke inspanning van zowel jullie voorzitter Rien, Philips Sponsoring, de Vrienden van het Orkest en Polygram kregen we het toch voor elkaar dat de eerste CD werd geproduceerd.

Aha, dacht jullie voorzitter: "eindelijk beet". Want hij kwam opnieuw met vragen. Voor buitenlandse reizen, nog meer CD's, en waarom het PSO niet het Nieuwjaarsconcert mocht doen. En eigenlijk gaf ik hem gelijk. Wanneer je als Philips zo'n goed orkest hebt dan moet je dat orkest toch zeker één keer de gelegenheid geven om HET Nieuwjaarsconcert van Philips te laten uitvoeren. Maar daar ging heel wat lobbywerk aan vooraf. We begonnen nadat het concert van Den Haag in 1994 naar Eindhoven was verhuisd. Zowel jullie dirigent Jules van Hessen als jullie voorzitter hebben toen veel gesproken met de op dat moment zittende directeur Jan Post. Het lobbywerk werd in gang gezet en uiteindelijk kreeg ik de directie ervan overtuigd dat het PSO het Nieuwjaarsconcert mocht gaan verzorgen. Het duurde toen nog twee jaar voordat het een feit was.

Met name het eerste concert door jullie was een openbaring. Het PSO bleek toch niet zo'n eenvoudig goedbedoeld muziekclubje. Met veel enthousiasme en verve werd er gespeeld en de complimenten waren dan ook niet van de lucht. De inbreng van Jules is fantastisch. Hij weet juist met kleine dingen de mensen enthousiast te maken. Hij is heel creatief, maar aan organisatorische aspecten denkt hij minder. Gelukkig is daar altijd nog Rien die hem op tijd kan bijsturen zodat het net lijkt of alles goed van te voren is doorgenomen.

Iets warms We begonnen in 1988 met het Nieuwjaarsconcert in Den Haag, omdat daar de Anton Philipszaal was geopend. Vijf jaar lang hadden we het Residentie Orkest. Dat heeft naam en faam en is een geweldig strak orkest. Daar leerde ik dat een orkest heel strict georganiseerd is en mij werd toen eens de opmerking gemaakt: "U denkt toch niet dat wij een jukebox zijn. Wij moeten alle muziekstukken vooraf grondig repeteren." Toen kwam in Eindhoven het Frits Philips Muziekcentrum en organiseerden we twee jaar het concert hier in Eindhoven met Het Brabants Orkest. In Eindhoven kom je thuis bij Philips, in Den Haag was dat anders.

Het Residentie Orkest en Het Brabants Orkest hebben goede en minder goede uitvoeringen gegeven. Mensen zeggen dan: "Ze speelden niet zo enthousiast." Terwijl als jullie een mindere uitvoering hebben men zegt: "Je kunt toch wel horen dat het geen professionals zijn." Daar kan ik niet zo goed tegen want jullie stralen iets warms uit, wat andere orkesten niet hebben.

Jullie hebben iets, bij jullie is er nooit één ziek. Jullie zijn er allemaal en willen graag spelen. Dat enthousiasme stralen jullie uit. Dat kun je iemand niet opdragen, je kunt niet tegen de orkestleden zeggen dat ze enthousiast moeten zijn. Want beroepsmusici zitten er nu eenmaal voor de kost. Exact zoals ik elke week naar PSV voetbal ga. Daar moet ik naar toe. Dan denk ik ook soms: "Wanneer kan ik naar huis, dan heb ik ook nog wat aan m'n avond". Jullie samenstelling van twintig- tot tachtigjarigen heeft ook iets heel speciaals. Wanneer iemand z'n strijkstok (is een keertje gebeurd) laat vallen wordt het geaccepteerd, dat is weer het voordeel van geen Concertgebouworkest te zijn. Want daar kan dat toch echt niet.

Popi-jopi Jules geeft de voorzet voor het thema van het concert. Van mij hoeft een thema eigenlijk niet, want het thema is al Het Nieuwjaarsconcert. Natuurlijk wordt een concert ook gedragen door de artiesten. Zo'n Spaanse danseres was toch heel verrassend ondanks het feit dat ik haar in den beginne niet zag zitten. Maar achteraf had Jules gelijk om het te combineren met de gitarist Pepe. De mensen moeten vrolijk uit de zaal komen. Er mogen best klassieke stukken op het programma staan, het hoeft niet allemaal popi-jopi te zijn. Maar je moet geen drie of vier stukken achter elkaar spelen die het publiek nog nooit heeft gehoord. De gasten komen namelijk voor een zondagmiddag naar Philips en niet (zoals jullie gewend zijn) alleen voor het concert: het is ander publiek dan normaal. Variërend van TV-verkoper tot ziekenhuisdirecteur.

De combinatie muziek, hapje, drankje en nazit bezorgt mensen de fijne middag. Er komen 600 toprelaties met echtgenotes (dus 1200 personen) van de verkooporganisatie van Philips Nederland. De samenstelling van het publiek wisselt, per bedrijf rouleert het soms, afhankelijk van met wie men op dit moment nu zaken doet. De Lichtsector nodigt bijvoorbeeld al zijn installateurs uit. En die komen ook allemaal, juist omdat ze daar elkaar kunnen ontmoeten. Daar krijgt men doorgaans de rest van het jaar niet zozeer de kans toe. Licht is derhalve ook een groot voorstander van het jaarlijkse concert. En dat is heel mooi. Zij zeggen: "Als we het Nieuwjaarsconcert niet meer gezamenlijk organiseren dat doet de Lichtsector het wel alleen voor zijn klanten." Misschien komt het er nog wel eens van dat we op zaterdagavond een concert geven voor bijvoorbeeld de Consumentensector en op zondag voor de Lichtsector. Maar voorlopig zijn alle verkoopgroepen hier gelukkig nog vertegenwoordigd.

IJsco's Het meeste werk voor mij is het uitnodigingsbeleid. Want al die Philipsmedewerkers (150 stuks) willen eigenlijk allemaal wel 100 relaties uitnodigen. Helaas, er zijn slechts 1200 plaatsen beschikbaar in het Muziekcentrum. Dan zijn er natuurlijk altijd Philipsmensen die veel te laat de namen opgeven van hun relaties en een verkeerde naam of verkeerd adres opgeven. Drukwerk moet verzorgd worden zoals uitnodigingen, programmaboekjes, CD-hoesjes, speciale enveloppen, alles in één stijl. Die stijl wordt doorgetrokken bij de aankleding van het Muziekcentrum, zodat men herkenning heeft. Dan moet natuurlijk behalve programmeren van jullie concert ook de muzikale nazit worden geregeld. Afspraken met zowel Heuvelpassage, Muziekcentrum, politie, Gemeente, p-garage, extra verwarming. Ja, want het kan koud zijn! We trekken de voorhal van het Muziekcentrum bij de ontvangst en zodoende gaan we op zaterdagavond de voorhal al dichtmaken. In de hal zit een ijscoboer die we dan voor de zondag inhuren want anders heeft de man omzetderving. Dus als het buiten vriest heeft deze ijscoboer een topomzet. Voor 1200 mensen een ijsje!

Wat moet ik verder regelen, natuurlijk de hele aankleding met Oogenlust waar ik al 8 jaar mee samenwerk. En niet te vergeten de inwendige mens. Zowel voor de gasten als voor het orkest. Allemaal details die je zeker niet moet vergeten want anders springt Rien in m'n nek. Ik ben nu al bezig met het concert in 2000. Ook dan zullen jullie weer van de partij zijn want dat moet iets heel bijzonders worden.

Piepen Of een concert succesvol was weet ik om half vier. Ik heb inmiddels wel wat ervaring opgedaan, nu voor de tiende keer. Ik voel dat aan de mensen. Als mensen tegen mij zeggen: "Mevrouw, ik stond daar toch wel erg lang in de rij en er was geen servetje meer" of "De koffie was niet warm genoeg", dan weet ik dat het concert goed was. Mensen willen nu eenmaal iets te zeggen, te piepen hebben en zolang ze alleen maar klagen over wat te lauwe koffie vind ik het prima. Dan was rest toch wel erg goed. Ik hoop dat ik met "mijn orkest" (want zo zeg ik dat altijd) nog vele concerten mag verzorgen en dat Jules en Rien nog lange tijd bij jullie blijven. Op naar het Nieuwjaarsconcert op 10 januari 1999!

Interview: Raoul Bonnet, FotoAlain Plasschaert

VHV Dossier
Vorige artikel | Volgende artikel
Naar de vaste rubrieken in VHV Online
Inhoud VHV Online December 1998Colofon
© 1999 VHV, Eindhoven.