| Jaargang 4, Nummer 2 |
Dat maakt dat een generatie ons begint te ontvallen. Een generatie die alles zelf nog meegemaakt heeft. Als ik voor de lol eens wat oude papieren en programmaboekjes doorspit dan zie je vele verhalen, vele anekdotes, en vele organisaties. Zo zijn er vele interpretaties uit het verleden en vele uit het in die tijd geldende heden. Alles wat geschreven is is een interpretatie. Sommige op basis van geverifieerde gegevens, sommige op basis van mondelinge overdracht of herinneringen.
De relatie met zijn omgeving. Het moeilijke van al die verhalen is de objectiviteit. Hoe klonk een 2e symfonie van Brahms in 1948 onder Otto Glastra van Loon in vergelijking met de 1997 versie van Jules van Hessen? Hoe reageerde het publiek bij het horen van Liszts Les Préludes in 1938? Hoe dirigeerde Jan Düring, de eerste dirigent van ons orkest? Dit soort vragen zijn doorspekt met een subjectiviteit die vergelijken bijna onmogelijk maakt. Maar wel heel interessant. Want eigenlijk gaat het er om hoe de mensen (leden, medewerkers, luisteraars, recensenten en buitenstaanders) het orkest ervoeren door de jaren heen, om zo antwoorden te krijgen over hoe ons orkest was, gerelateerd aan zijn omgeving.
Informatie Wat duidelijk minder subjectief is zijn opsommingen. Deze zijn zeker ook interessant. Bijvoorbeeld dat onze eerste Mahler symfonie (de vierde) in 1967 ging. Dat Bruckner 3 in ’78 en Bartók’s Concert voor Orkest in ’64 ging. Dat de Matthäus Passion maar liefst 28 maal uitgevoerd is. Momenteel zijn we, aan de hand van lijstjes, schriftjes en opsommingen van actieve leden en organisaties uit het verleden deze objectieve gegevens aan het verzamelen. Gewoon even zonder pretenties en zonder vast einddoel. Gewoon voor de leut. Het is bijvoorbeeld best leuk om bestuursverslagen uit de jaren 30 te lezen, vooral als je daarna de achterliggende gedachte uitgespeld ziet in een verslag van het Philips - de Jongh Ontspannings fonds, hét contact van de Philips verenigingen binnen het moederbedrijf.
Wat is er al gedaan? De bestaande lijsten zijn van heel variabele kwaliteit. Er zitten nogal wat foutjes en interpretaties in en ze zijn beperkt compleet. Wanneer je bijvoorbeeld ontdekt dat werken als een Potpourri van Zeller geen muziek gevonden werden en ze daarom in opsommingen maar weggelaten werden (en zo merk je nog veel meer) en dat al dat verzamelen handwerk was met een beperkte tijdsbesteding (b.v. toevallig was er een secretaris een tijdje niet aan het werk vanwege ziekte) dan besef je dat het ook moeilijk is om hier in deze schijnbare objectieve stroom van gegevens de waarheid boven tafel te krijgen. Momenteel hebben we al 438 concerten geregistreerd waarop 1394 werken zijn gespeeld en er moeten nogal wat periodes nog diepgaand uitgespit worden. We proberen alles te staven aan informatie van meerdere kanten, verslagen, roosters, recensies, enz. Het is een methode de lijsten vollediger te krijgen maar ook om het orkest meer te leren doorgronden, maar je zou er op kunnen promoveren…..
Vorderingen. Om iedereen mee te laten delen in deze voortgang lijkt het ons leuk hier een kleine rubriek van op te zetten in ons lijfblad. Ook staat er al een uittreksel van het bestand op onze website zie: archief
Oorsprong. Leuk als binnenkomertje is het onderstaande verzoek van W.F. Kraker aan het bestuur van het Philips de Jongh Ontspannings fonds dd. 28 November 1929. Dit is het eerste officiële document betreffende ons orkest:
Eindhoven 28 Nov ’29 (ander handschrift:) In 1930 te overwegen. Aan het Bestuur van het Philips de Jongh Ontspannings fonds Alhier. De ondergeteekende, W.F. Kraker neemt beleefd de vrijheid U te vragen naar de mogelijkheid om, naast de Philips Harmonie, op te richten een Symphonie orkest, bestaande uit Philips personeel. Ongetwijfeld zullen er menschen zijn die uitgesloten zijn als lid van de Harmonie (violisten, cellisten e.d.) die de wenschelijkheid voelen van een symphonie; waardoor, vooral met het oog op de Schouwburgzaal, onder het motto “voor en door het Philips personeel” velen een prachtige ontspanning zouden hebben waarvan zeer zeker een opvoedende kracht kan uitgaan. Hopende dat U mijn initiatief vertrouwelijk zult behandelen verblijf ik met hoogachting, W.F. Kraker. (Hoekkanttekening in ander handschrift:) Hr. den Hertog, nieuw initiatief? Een symphonieorkest in 1921 door Waterman + mij opgericht ging na 2 of 3 gegeven concerten ten onder doordat men niet geregeld kon repeteren. Men had het te druk. 3.12