| Jaargang 9, Nummer 2 |
Iedereen ken het wel: van die docenten op de middelbare school die jaar in jaar uit dezelfde grapjes maken. Soms worden die zelfs in de schoolboeken ingeschreven zodat nieuwe leerlingen de grapjes al van verre zien aankomen. En mocht een docent z’n grapje vergeten dan kun je er donder op zeggen dat hij de les erop nog even op het onderdeel van vorige week terugkomt om toch z’n grapje te kunnen lanceren. De PSO’ers die in 1991 ook al de Fantastique hadden meegespeeld vreesden soortgelijke taferelen bij cijfer 69. Maar gelukkig, in augustus, september, oktober, zelfs het repetitieweekend: het ging goed. Maar dan, op de allerlaatste repetitie, er was helemaal geen noodzaak om cijfer 69 nog eens te repeteren want dit was de beste passage in Amsterdam, herhaalde Jules de woorden die met potlood in de kantlijn stonden: “laten we beginnen bij cijfer 69, ofwel soixante-neuf zoals Berlioz zou zeggen”