Januari 2001
 VHV Online
Jaargang 5, Nummer 3

Instrumentalisme: de piano

Aan mij de eer om iets over de piano dan wel vleugel te vertellen. Tja, daar valt heel wat over uit te weiden.... Wat wilt u horen? De vleugel is een buitengewoon ingewikkelde constructie van vele gebogen en gespannen houtlagen, overkoepeld door een gigantisch gietijzeren staketsel, met rijen snaren, toetsen, pedalen, en als klap op de vuurpijl een onvoorstelbaar ingewikkeld hamermechaniek. De piano is wat minder ingewikkeld, maar nog altijd een kolossaal instrument waar je niet makkelijk omheen kunt. Kortom: hét instrument van de industriële revolutie. In dit licht bezien is het verbazingwekkend dat de piano/vleugel zich tegenwoordig nog moeiteloos lijkt te handhaven. In feite is het een soort statussymbool: het archetype voor een gedegen opvoeding waarin je niet aan het verplichte muziekuurtje ontkomt. Maar ook als meubelstuk geniet zowel piano als vleugel nog immer veel aanzien.

Het leuke aan de piano is evenwel zijn grote veelzijdigheid. Het is een illusionair instrument: je kunt er van alles op uitbeelden en je bent je eigen dirigent. En belangrijk: als je een noot aanslaat heb je meteen een goed klinkend resultaat. Vergelijk dat eens met het voor het eerst aanstrijken van een viool, of het blazen op een trompet; het scheelt nogal w at inspanning en oefening (onderschat u dit niet: het is samen met het "bevredigende toetsen raken gevoel" een der belangrijkste reden waarom miljarden mensen over de hele wereld piano spelen).

Maar daar houdt het wel zo'n beetje op helaas! Want realiseert u zich maar gerust dat goed pianospelen ontzaglijk moeilijk is. Ferrucio Busoni, een der grootste pianisten (en musici) ooit, zei daarover het volgende: "Een pianist moet beschikken over buitengewone intelligentie en beschaving, over feeling, temperament, dichterlijkheid en tenslotte over een persoonlijk magnetisme dat de kunstenaar soms in staat stelt 2000 mensen te inspireren...." Nou ga er maar aan staan! U snapt wel dat echt goed pianoles geven dus ook niet zo simpel is.

Daar staat tegenover dat pianisten doorgaans heel oud worden en uiterst vitaal in het leven staan (men heeft ook aangetoond dat pianospelen zeer goed is voor stimulatie van je geheugen, om maar eens wat te noemen). Ik heb begrepen dat het oudste PSO-lid Riek van de Donk in vroeger tijden een gerenommeerd pianosoliste was. Sterker nog! Er staan plannen op stapel om binnenkort weer op te treden: in het derde pianoconcert van Beethoven. Geen toeval, dat verzeker ik u! Horowitz, Sandor, Wild, Cherkassky, Horszowsky, Rubinstein en Paderewsky gaven nog recitals na hun tachtigste levensjaar, om nog maar eens wat voorbeelden aan te halen. Het vereist zware training, maar dan heb je ook wat (een goede pianist heeft een spierbeheersing en reflexen die je kunt vergelijken met een uiterst getrainde circusacrobaat).

Maar het moet gezegd dat bij pianospelen het fysieke contact met het instrument maar magertjes te noemen is. Aangrijpend pianospelen vraagt derhalve niet alleen figuurlijk, maar ook letterlijk "Fingerspitzengefühl". Maar ook voor elke beginner, liefhebber of wie dan ook blijft het een fantastisch te bespelen instrument.

door: Jasha Albracht

Instrumentalisme
Vorige artikel | Volgende artikel
Naar de vaste rubrieken in VHV Online
Inhoud VHV Online Januari 2001 | Colofon
© 2001 VHV, Eindhoven.