Programma
Januari/Februari 2001
PSO Programma's archief
Archief | Programma's 2001-2005 | Biografieën solisten | Gespeelde werken | Recensies
Thema: Musical
Puccini: Preludio Sinfonico (alleen Februari)
Arnold: A grand grand overture (alleen Februari)
Piazzolla: Adios Nanino (alleen Februari)
Bernstein: Symphonische Dansen uit de Westside Story Toelichting
Hamlisch: Medley uit "A chorus line"
 
Samen met Pia Douwes en Stanley Burleson:
delen uit Cabaret
delen uit Jesus Christ Superstar
delen uit Chicago
delen uit West Side Story
delen uit Elisabeth

Jules van Hessen
Pia Douwes en Stanley Burleson (alleen Januari)

zo 14 januari 2001, Eindhoven, Muziekcentrum Frits Philips
zo 4 februari 2001, Eindhoven, Aula TUE Recensie


Eindhovens Dagblad - maandag 5 februari 2001

Familieconcert PSO rommelig en vrolijk


Philips Symfonie Orkest, olv Jules van Hessen. Gezien op zondag 4 februari in het Auditorium van de Technische Universiteit Eindhoven.
Door René van Peer

"Wie van jullie componeert", vroeg Jules van Hessen, dirigent van het Philips Symfonie Orkest, aan kinderen vlak voor het podium. Ik, klonk het parmantig. "En wat is componeren", ging van Hessen door. "Weet ik niet", was het onbevangen antwoord. Deze dialoog typeerde de ongedwongen sfeer van het familieconcert dat het Philips Symfonie Orkest gisteren gaf in het Auditorium van de TU in Eindhoven.

Het repertoire was over het geheel genomen vlot en toegankelijk. Het heen en weer rennen en gillen van kinderen maakte de gelegenheid soms wel wat erg rommelig.

Er is niets zo moeilijk als een concert geven dat kinderen van begin tot eind boeit. Ze worden eigenlijk geacht zich rustig te houden zo lang het orkest speelt. En een vlotte, luchtige compositie garandeert nog lang niet dat ze oren hebben naar de muziek. Dat bleek al tijdens de eerste helft van het concert.

De Preludio Sinfonico van Giacomo Puccini en Malcolm Arnolds A Grand Grand Overture waren korte stukken, waarbij het tweede werk de aandacht vast hield door sterke contrasten in volume en het inzetten van een stofzuigerkwartet. De apparaten waren niet veel meer dan een grap. Arnold had ze geen wezenlijk muzikale rol toebedacht. Desondanks misten ze hun effect niet.

Astor Piazzolla's Tangarazzo was als geheel een stuk sterker, vooral in het stemmige begin waarin de melodie bij elke ronde door hogere instrumenten gedragen werd, zodat de verschillende registers uiteindelijk door elkaar heen golfden.

Via een versnelling in het tempo mondde dit uit in een gedreven tangoritme. Terwijl bassen piano gelijk op gingen, zoals in de tango gebruikelijk is, speelde het orkest bitterzoete akkoorden onder een hoornsolo met haperingen, die een lichtvoetige finale inluidde. Hoe mooi het allemaal ook was, het geduld van de kinderen begon hoorbaar en zichtbaar op te raken.

Voor wie dit rumoer geen bezwaar was, bood het concert een plezierig middagje uit, met aangename muziek die niet al te diep groef en die met enthousiasme gespeeld werd.

Toch was het niet werkelijk op het gehele gezien toegesneden; daarvoor deed het een te groot beroep op de concentratie en het geduld van aanwezige peuters en kleuters.


Programma's  Solisten
Recensies  Toelichtingen
© 2001 VHV Media Groep | Philips Symfonie Orkest, Eindhoven.