|
|
|
Dagboek 2 mei 2001
Ayuthaya
0.00 uur: een jarige, dus meteen Patricia toegezongen, de aanleiding tot het volgende pilsje/mai tai of andere Thaise cocktail. Tenzij je natuurlijk net om middernacht in het zwemband lag te dobberen.
7.00 uur: wakker worden is even hard, maar in het Pung WaanYai Resort wel heel speciaal. Het resort ademt de sfeer uit van de binnenlanden: koele, lage, betegelde ruimtes met een open binnenplaats vol exotische planten. Waar je maar naar buiten kijkt is het groen, zie je vijvers en bloempotten met prachtige bougainville. Je waant je in koloniale sferen, maar realiseert je dan dat deze term nu net in het nooit gekoloniseerde Thailand niet van toepassing is.
Na het ontbijt de bus in, eventjes wachten - toch wat meer geborreld dan je je herinnerde, nog even afrekenen dus - en op weg naar het Kanchanaburi War Cemetery, waar slachtoffers van diverse nationaliteiten begraven liggen, overleden aan de gevolgen van dwangarbeid aan de Birma-spoorweg. We bezoeken het gedeelte met graven van de Nederlandse slachtoffers. Voor iedereen indrukwekkend, voor sommige orkestleden een emotioneel gebeuren door persoonlijk verlies van familie. Het is een prachtig verzorgd kerkhof, omgeven door de fel rood gekleurde tamarinde bomen, die hun bloesem op het gras laten vallen. Enkele oudere Thaise vrouwen, strooien hoed op het hoofd, liggen op hun knieën en verzorgen zorgvuldig de verschillende plantjes bij ieder graf. Het geheel wordt druk bezocht. Met enige moeite stapt iedereen de bus weer in.
We rijden door naar het JEATH Oorlogsmuseum. (JEATH= Japan, Engeland, Amerika en Australie, Thailand en Holland.) Het museum ligt binnen een tempelcomplex en bestaat uit een reconstructie van de barakken voor de krijgsgevangenen. Het museum werd in 1977 opgericht door een monnik, die het zijn plicht vond de afschuwelijke gebeurtenissen in Thailand voor het nageslacht vast te leggen. Aangrijpende foto's uit 1942-43, krantenknipsels, ook van direct na de bevrijding, maakten de meeste indruk.
Plassen, handen wassen, water kopen, langs Boeddha-beelden, -altaartjes, een enkele in oranje lappen geklede monnik en veel kalige, slapende honden weer de bus in. Deze keer voor een langere rit, en terwijl onze Vlaams sprekende Thaise gids ons van interessante informatie voorziet, valt menigeen in slaap..
Totdat we een luchtje mogen scheppen bij een ooievaarskolonie. Onze gids: 'ga je mee?' Hier bleek een ontzettende smerige ammoniaklucht te hangen, samen met honderden Siberische ooievaars, die het hier prettig toeven vinden, opeen gepakt, een soort Bangkok voor ooievaars. Iedereen is redelijk snel de bus weer in - Sabine weer schoon gepoetst na een vieze voltreffer van een overvliegende ooievaar, dwz naar zijn 2 meter verderop zittende buurvogel.. Ook Tieme werd nog even opgehouden: enkele Thaise vrouwen wezen op hem, slap van de lach. Wat bleek? De zon scheen dus hij had zijn t-shirt uitgedaan, waardoor zijn prachtige westerse borsthaartjes te voor schijn kwamen. De vrouwen waren enorm onder de indruk, zo erg dat een van hen het niet laten konden er even aan te plukken! 'Ik ook, ik ook!' Maar Thieme bleef de enige gelukkige…
We zijn duidelijk toe aan een lunch die we in het Krungsri River Hotel, in Ayutthaya (klemtoon op de tweede lettergreep) geserveerd krijgen. Bij aankomst van de bussen hangen er Thais-Engelse welkomst spandoeken! We blikken of blozen al niet meer. Na zo'n fantastische lunch wordt het altijd wat stil aan de tafels, een enkeling zucht eens en denkt hoorbaar over een flinke middagdut, maar daar geven de PSO'ers natuurlijk niet aan toe. Verkwikt stappen we de bus weer in, samen met een heel lief Thais meisje van ca 5 jaar oud, een nichtje van de gids. Ze heeft de dag van haar leven, verkoopt bijna al haar tasjes voor 100 baht waarbij ze zo lief kijkt dat niemand het uiteraard waagt af te dingen.
De bus brengt ons naar een enorm uitgebreid tempelcomplex, ('ga je mee?') de Wat Phra Si Sanphet. Helaas hebben de Birmezen hier in de 18e eeuw flink huisgehouden, zodat er vooral (inmiddels 'gerestaureerde') ruines over zijn gebleven, maar wel over een gigantisch oppervlak. Tempel en chedi's, waar de as van overleden koningen werd bewaard, dateren uit de 15e eeuw. De kakkerlakken en vleermuizen in één van de chedi's niet! Verder bloeien er bomen met prachtige witte bloemen. Het enige gebouw dat weer volledig gerestaureerd is, is de tempel met het metershoge gouden Boeddha-beeld. Schoenen uit en naar binnen, waar verschillende Thai geknield liggen, hun lotusbloem, wierook en andere gaven offeren. We lopen om het beeld heen en zien dat voor zo'n 3 a 4 000 Baht kleine replica's te koop zijn. Weer buiten gekomen lopen we een marktje op waar naast de ontelbare eetkraampjes ook allerlei kleding te koop is en weer een paar PSO-sters zich in Thaise batiks hullen. In onze bus missen we er twee, maar een andere bus heeft er twee te veel. Dat lijkt te kloppen, maar een straatje verder laten we Ruud toch maar instappen!
In het hotel plonst een groot deel van het orkest het zwembad in, voordat we om 19.00 uur een tour Ayutthaya bij Night doen, uiteraard in de tuktuks (6 personen per tuktuk), en onze Riek naast de driver. Die plek lijkt me nog het engst! Want tuktukmannen scheuren door de straten, liefst zonder afremmen in de bocht. Het was inderdaad 'by night' (het is hier in een half uurtje opeens pikdonker), zodat je niets kon zien.. maar wel verlichte chedi's: even een wandelingetje in een verkoelend regenbuitje - gelukkig deze keer geen tropische stortbui. In het hotel wacht ons weer zo'n waanzinnig lekker Thais buffet met allerlei ondefinieerbare lekkere gerechten! Aan tafel blijken meerdere PSO'ers zich aan een Thaise massage te hebben overgeleverd: nee, vandaag is alles volgeboekt. Dan maar straks in Chiang Mai proberen… 'Ga je mee?'
Dagboekverslag door: Jenneke Lambert
Klik hier voor foto's van 2 mei...
<- Gisteren
|
Morgen ->
| Dit verslag van Woensdag 2 mei is verstuurd vanuit Thailand op donderdag 3 mei, 18.30 (lokale tijd). |