Toelichtingen
Tsjaikovsky - Symfonie Nr. 6
PSO Toelichtingen archief
Archief | Gespeelde programma's | Biografieën solisten | Gespeelde werken | Recensies

Mei/Juni 1999

Peter Iljitsj Tsjaikovsky (1840-1893)

Symfonie nr. 6 in b kleine terts opus 74 ‘Pathétique’ (1893)
1. Adagio - Allegro non troppo - Andante
2. Allegro con grazia
3. Allegro molto vivace
4. Finale: Adagio lamentoso

In de herfst van 1892, vier jaar na het voltooien van zijn Vijfde Symfonie, begon Tsjaikovsky aan een nieuwe symfonie. De schetsen van de vier delen had hij spoedig voltooid, maar hij besloot ze te vernietigen omdat ze naar zijn eigen zeggen slechts een lege opeenvolging van noten waren, zonder enige inspiratie. Over zijn tweede poging een nieuwe symfonie te componeren, schrijft Tsjaikovsky aan zijn neef Vladimir Davidov het volgende: “Tijdens de reis kreeg ik een idee voor een nieuwe symfonie, dit keer een programmatische symfonie, maar het programma zal een raadsel blijven - laat de mensen er maar naar gissen - en de symfonie zal gewoon ‘programmatische symfonie’ worden genoemd. Het werk is zo intens persoonlijk dat ik dikwijls bitter weende terwijl ik het werk tijdens de reis in mijn hoofd componeerde.”

Autobiografische elementen Alhoewel het programma van de Zesde Symfonie altijd een raadsel is gebleven, is het vrij zeker dat het autobiografische elementen bevat. Uit aantekeningen van de componist blijkt dat hij aan het eind van zijn leven een ‘Levens’-symfonie wilde schrijven, waarvan het eerste deel over ‘jeugd’ zou gaan, het tweede over ‘liefde’ en het derde over ‘teleurstelling’. In het laatste deel zou de ‘dood’ weerspiegeld worden; het einde sterft weg… Of Tsjaikovsky zijn dood voelde aankomen is onduidelijk, maar acht dagen na de première van zijn Zesde Symfonie overleed de componist onder mysterieuze omstandigheden.

Beste werk Tsjaikovsky slaat met zijn laatste symfonie een nieuwe weg in. Opvallend zijn het overwegend sombere karakter en de muzikale diepgang. “Wat vorm betreft zal er in deze symfonie veel nieuw zijn; onder andere zal de finale geen luid allegro zijn, maar juist het tegenovergestelde, een heel gedragen adagio. Je kunt je niet voorstellen welke vreugde ik ondervind nu ik mezelf ervan overtuigd heb dat mijn tijd nog niet voorbij is en dat ik nog steeds in staat ben te werken. Natuurlijk kan ik mij vergissen, maar ik geloof het niet”, aldus Tsjaikovsky aan Vladimir Davidov aan wie hij de symfonie heeft opgedragen. Het componeren verliep voorspoedig, maar naarmate de symfonie vorderde, kreeg Tsjaikovsky steeds meer problemen met de instrumentatie. Toch overwon hij deze problemen naar volle tevredenheid: “Ik beschouw deze symfonie absoluut als de beste, en vooral als de meest oprechte van al mijn werken. Ik hou van het werk zoals ik nog nooit van een van mijn muzikale scheppingen heb gehouden”.

De première van de symfonie op 16 oktober 1893 in St. Petersburg onder leiding van de componist was geen groot succes. Alhoewel een deel van het publiek matig enthousiast reageerde, was Tsjaikovsky te- leurgesteld over de terughoudende ontvangst van datgene wat hij meer dan ooit als zijn meesterwerk beschouwde. Rimsky-Korsakov verklaart in zijn autobiografie de houding van het publiek als volgt: “de première van Tsjaikovsky’s Zesde Symfonie was excellent, maar het publiek heeft het werk, toen het het voor de eerste keer hoorde, door gebrek aan concentratie niet genoeg naar waarde weten te schatten.”

Pathétique Over de oorsprong van de titel van de symfonie schrijft zijn broer Modest Tsjaikovsky in de biografie van Peter Iljitsj Tsjaikovsky, hoe de componist de dag na de première trachtte een titel aan de symfonie te geven, omdat afgesproken was het werk zo snel mogelijk naar de uitgever te sturen om in druk te laten verschijnen. “Hij wilde het werk niet eenvoudig van een nummer voorzien, maar ook niet ‘Programma Symfonie’ noemen zoals hij oorspronkelijk van plan was. “Hoe kan ik het Programma Symfonie noemen terwijl ik het programma niet bekend wil maken!” Ik stelde voor het ‘Tragische Symfonie’ te noemen, maar dat beviel hem niet. Ik verliet de kamer en liet Peter Iljitsj alleen met zijn dilemma. Plotseling kwam de titel ‘Pathétique’ in me op. Ik ging de kamer weer binnen en liet die vallen. Ik herinner me als de dag van gisteren dat mijn broer uitriep: “Prachtig Modeste, bravo, pathétique!” Ter plekke schreef hij boven de partituur deze regel, die de symfonie sindsdien altijd heeft gedragen.”



Programma's  Solisten
Recensies  Toelichtingen
door Geertje Kramer
© 1999 VHV Media Groep | Philips Symfonie Orkest, Eindhoven.